ECHA over impact aromatische gebromeerde vlamvertragers

Foto: AI gegenereerd
5 maart 2025 – De BPC heeft tijdens zijn bijeenkomst in februari de volgende adviezen over werkzame stoffen aangenomen, ter ondersteuning van:
- vernieuwing van Tetrahydro-3,5-dimethyl-1,3,5-thiadiazine-2-thion (Dazomet) voor productsoort 8 (houtconserveringsmiddelen); En
- vernieuwing van 3-jood-2-propynylbutylcarbamaat (IPBC) voor producttype 8.
Het Europees Agentschap voor chemische stoffen of ECHA staat bekend om strenge regelgeving tegen de risico’s van chemicaliën en de voortdurend veranderende naleving. Daarom heeft het recente onderzoek de aanzienlijke bezorgdheid over de gezondheid en het milieu onthuld die wordt veroorzaakt door de niet-polymere additieve ABFR’s. De bevindingen van het onderzoek suggereren dat er nalevings- of regelgevende maatregelen moeten worden genomen tegen deze brandvertragers om hun schadelijke impact te overwinnen. Daarom onderzoekt deze blog de bevindingen van het ECHA over de impact van aromatische gebromeerde vlamvertragers, inclusief de ontdekkingen en alternatieven.
ABFR’s en hun toepassingen begrijpen
ABFR’s worden gebruikt in sectoren zoals elektronica, bouw en textiel, vanwege hun vermogen om de verspreiding van brand te vertragen. Hun impact op het milieu, met name in de afvalfase, roept echter ernstige zorgen op. De ABFR’s worden op grote schaal gebruikt in polymere materialen om de brandwerendheid van systemen te verbeteren. Deze vertragers worden vaak gecategoriseerd in vier hoofdtypen en dat zijn:
- De additieve ABFR’s die met het polymeer worden gemengd zonder de vorming van chemische bindingen.
- De niet-polymere die kleine moleculen hebben die vatbaar zijn voor uitloging en impact op het milieu.
- De polymere die grotere en stabiele moleculen zijn, maar minder risico’s voor het milieu hebben.
- Tot slot de reactieve ABFR’s die chemisch gebonden zijn aan de polymeren, waardoor ze minder impact op het milieu hebben.
Milieueffecten
Het onderzoek naar de vrijgave van vertragers in het milieu werd bestudeerd voor ongeveer 60 ABFR’s die mogelijk op de EU-markt verkrijgbaar zijn. De belangrijkste bevindingen van het onderzoek waren dat de bestudeerde materialen niet-polymere additieve ABFR’s bevatten die een hoog risico lopen op impact op het milieu en de gezondheid vanwege hun verhoogde persistentie, bioaccumulatie en toxiciteit.
Zeer risicovolle stoffen
Ook worden vijf stoffen onder de bestudeerde vertragers beschouwd als zeer risicovolle stoffen, met name vanwege hun zeer risicovolle vermogen. Deze zijn zorgwekkend vanwege hun classificatie als persistent, bioaccumulerend en toxisch (PBT) of zeer persistent en zeer bioaccumulerend (vPvB). Tot slot zijn de ongeveer 37 vertragers onder de bestudeerde wijdverspreid en geclassificeerd onder PBT. Het is essentieel om te begrijpen dat 17 van de 37 niet-polymere additieven zijn.
Afvalbeheer
Het onderzoek wees ook uit dat een aanzienlijk deel van de ABFR-vervuiling afkomstig was van het afval, met name van het versnipperen van materiaal en het storten op stortplaatsen. De reden voor de toename van de vervuiling zijn de inefficiënte recycling- en verwijderingsprocessen. Daarom benadrukt ECHA het belang van het elimineren van schadelijke additieven in de waardeketen om langdurige schade aan het milieu te voorkomen.
Alternatieven ABFR
De alternatieven voor ABFR’s bestaan omdat de niet-polymere ABFR’s gevaren opleveren en ze zijn:
- De organofosfaatvlamvertragers zijn algemeen verkrijgbaar, maar hebben een vergelijkbaar risico als ABFR’s
- De niet-brandbare materialen zijn ook een veiliger alternatief, waardoor chemische vertragers niet nodig zijn.
- De polymere ABFR-additieven zijn een stabieler alternatief, waardoor de risico’s op uitloging worden verminderd.
Regelgevende overwegingen en groepsbenadering
Het onderzoek van ECHA suggereert dat er behoefte is aan regelgevende interventie. Sommige niet-polymere additieve ABFR’s zijn niet geregistreerd onder REACH, maar zijn in het milieu aangetroffen in zorgwekkende hoeveelheden. Dit duidt op:
- Mogelijke niet-naleving van REACH-registratie.
- Onzekerheid over de plastic samenstelling van geïmporteerde artikelen.
- ECHA beveelt een groepsbenadering aan bij het reguleren van ABFR’s, waarbij rekening wordt gehouden met de collectieve impact in plaats van stoffen individueel te beoordelen. Dit zou de weg kunnen vrijmaken voor uitgebreide beperkingen om de schade aan het milieu te minimaliseren.
Toekomstige stap
De bevindingen van ECHA zullen de Europese Commissie helpen bij het beslissen of er beperkingen op ABFR’s moeten worden ingevoerd. Een mogelijke beperking maakt al deel uit van de Restrictions Roadmap van de Commissie, die de urgentie van het aanpakken van deze milieurisico’s onderstreept.
Aanzienlijke milieu-uitdagingen
Het gebruik van niet-polymere additieve ABFR’s brengt aanzienlijke milieu-uitdagingen met zich mee, met name vanwege hun persistentie en toxiciteit. Hoewel er alternatieven bestaan, moeten hun effectiviteit en veiligheid zorgvuldig worden geëvalueerd. Regelgevende maatregelen, verbeterd afvalbeheer en proactieve industriële maatregelen zijn van cruciaal belang om de lange termijn milieu-impact van ABFR’s te minimaliseren.
Lees ook: ECHA identificeert bepaalde gebromeerde vlamvertragers als kandidaten voor beperking
Voorbehoud
Deze informatie is met de grootst mogelijke zorg samengesteld, in sommige gevallen uit verschillende informatiebronnen. (Interpretatie)fouten zijn niet uitgesloten. Er kan dus geen enkele wettelijke verplichting aan deze tekst worden ontleent. Iedereen die met dit onderwerp te maken krijgt, heeft zelf de verantwoordelijkheid om zich in de materie te verdiepen!